Expertisecentrum Buitenpromoveren

Femke Bol - door Kerstin

Wetenschappelijke nomenclatuur maakt het makkelijk om over allerlei taalgrenzen en vakgebieden heen een zeker gezamenlijk vocabulaire te gebruiken. Toen ik het doosje acetylcysteïne vasthield, vroeg ik me wel plotseling af op welk moment naast een wetenschappelijke naam ook een consumentennaam ontstaat.

Auroralumina attenboroughii, dat is de naam van waarschijnlijk het eerste roofdier in de geschiedenis van de aarde. Eind juli werd bekend gemaakt dat een 560 miljoen jaar oud fossiel hiermee is vernoemd naar de Britse bioloog en presentator David Attenborough. Vervolgens had ik wel verwacht om in diverse mediaberichten de vertederende vernederlandsing ‘morgenschijnsel’ of desnoods ‘dageraadlampje’ tegen te komen, maar nee: ik lijk de enige die er meteen een onthoudbaar (niet te verwarren met ‘onhoudbaar’) equivalent van heeft gemaakt.

Dit voorgaande zette mij in de dagen daarna aan het denken over wanneer een toch meestal ingewikkelde en daarmee niet op het grote publiek gerichte wetenschappelijke naam wél vergezeld wordt door een fancy variant. Ik bedoel: Passeridae zijn gewoon mussen, en Urtica noemen we met z’n allen brandnetels. Mijn eerste gedachte was dat het wellicht afhangt van de verschijningsfrequentie. Immers, als we regelmatig met elkaar converseren over een onderwerp, dan is het handig als we daarbij een hanteerbare term kunnen gebruiken. Anders gezegd: verschijnselen die zelden voorkomen, hebben geen dagelijkse naam. Om dat even snel te onderzoeken googlede ik eenvoudig op ‘zeldzaamste dier’, en kwam uit op de Panthera pardus orientalis, alias amoerpanter of amoerluipaard. Die hypothese kan dus overboord.

Vanwege COPD hebben luchtweginfecties bij mij waarschijnlijk een wat grotere impact dan bij de meeste mensen, reden waarom ik altijd tegen een irritant langdurig kuchje een doosje met capsules dextromethorfan in de kast op de badkamer heb liggen. Bij de apotheek vraag ik overigens altijd gewoon om Daro, dat praat wel zo makkelijk. Maar toen er iets sterker spul nodig was, vermeldde het nieuwe doosje niets meer dan acetylcysteïne. Er was geen enkele moeite gedaan om een beetje muzikale marketingnaam te bedenken. Een nieuwe gedachte leidde tot de aanname dat hoe dieper een medicijn in het chemische assortiment is verborgen, des te groter de kans dat het een ernstige aandoening betreft, en des de geringer de kans dat er behoefte bestaat aan een naam die enigszins gezellig in mond en gehoor ligt. Ik googlede opnieuw, nu op een zeer ongewenste ziekte. De opbrengst bestond uit vier medicijnen: lenvatinib, sorafenib, vandetanib en cabozantinib. Nog steeds geen makkelijke woorden, maar neem van mij aan, een stuk hanteerbaarder dan de onderliggende chemische samenstelling.

Bij nader inzien denk ik dat de transitie van namen – en van woorden in het algemeen – vooral een kwestie van toeval en willekeur is. Iemand moet gewoon een keertje het initiatief nemen. Zoals vanaf nu de Auroralumina attenboroughii wat mij betreft als morgenschijnsel door het leven kan. En als een naamsverandering zo makkelijk is te realiseren, dan wil ik ook nog wel de totaal niet-wetenschappelijke, ongetwijfeld beladen maar zeer uit mijn hart gegrepen suggestie doen om de FBK Games (voluit: Fanny Blankers-Koen Games) vanaf dit jaar te veranderen in de FBK Games (Femke Bol Kampioenschap Games): dezelfde afkorting, maar met een compleet andere lading. Fanny Blankers-Koen ondanks haar geweldige prestaties in de ban vanwege de schandalige behandeling van Foekje Dillema door haar en/of mensen om haar heen, en Femke Bol vanwege haar geweldige prestaties als koningin van de EK Atletiek eind augustus zonder ook maar het minste smetje.

Sportgeschiedenis.nl (2020). Zeventig jaar geleden werd atlete Foekje Dillema geschorst omdat ze een man zou zijn.

01-11-2022